Al bijna een halve eeuw lacht deze Amerikaanse met wilde haardos, geboren in Glen Ellyn bij Chicago (Illinois) in 1947, met de conventies en clichés.
Het is niet gemakkelijk om het eens te worden over de schepper van "O Superman", de meest onwaarschijnlijke hit van de vorige eeuw... We kunnen het op z'n minst over één punt eens zijn. Laurie Anderson maakt een vreemde en fascinerende muziek die evenveel op rock lijkt als het Nieuwe Testament gezongen door een bariton van La Scala. Eén ding is zeker: met deze bijna tachtigjarige darling van de New Yorkse "avant-garde" wordt die vage en onduidelijke grens echt wel in beide richtingen overschreden.
Laurie Anderson duikt al in haar tienerjaren in het troebele water van de "Performance for the Grandeur of Art". Een heel programma! Het doordachte gebruik van hoofdletters wijst je meteen op het hoge emotionele gehalte van haar experimenten voor intellectuelen met overontwikkelde hersenen. Niet tevreden met alleen viool leren, amuseerde de jonge Laurie zich met het verzamelen van diploma’s – in bijvoorbeeld beeldhouwkunst of Egyptische architectuur – zoals anderen Pokémons verzamelen. Iedereen zijn eigen passie, nietwaar?
In 1973 begint de slanke Amerikaanse met wilde haren zelfs op te treden in de meest prestigieuze musea en op enkele festivals die kunst in al haar vormen promoten – zelfs de meest pittige. In die periode verwelkomt België tweemaal het bonte allegaartje van Laurie. Haar knappe mix van didactische dia's, Super 8-films, amateur-mime en "muzikale geluiden" stoot het grote publiek af zoals een overheidsmededeling tijdens het avondeten. Sommigen zijn extatisch.
En dan, in 1981, valt de hele wereld voor de slepende melodie van "O Superman" en de hypnotiserende "Ah ah ah ah ah ah" die onophoudelijk door het nummer ijlen. Het grote publiek is blij met deze ontdekking en voegt de woorden "minimalistisch" en "avant-garde" toe aan zijn woordenschat. Plots hebben ze zogezegd de complete – en trouwens omvangrijke – discografie van John Cage en Pierre Boulez in huis. De grote multinational Warner ruikt succes, koopt prompt de rechten op het nummer van het piepkleine label One Ten Records en haalt zo onverwacht artistieke geloofwaardigheid binnen. De trein is vertrokken. Die stopt eerst bij het album "Big Science", daarna bij de zevengangsshow "United States", bij de filmopnames van "Home Of The Brave" en bij een eerste wereldtournee zoals een echte rockster! Dat was in het gezegende jaar 1986.
Sinds die eerste golf op het kruispunt van muziek en theater stuurt Laurie Anderson haar schip behoedzaam tussen de klippen van droog intellectualisme. Ze innoveert met finesse maar blijft sterk gehecht aan de "performance". Als ironische filosofe fileert de artieste in elk van haar shows de grillen van het moderne leven. Ze maakt graag gebruik van de nieuwste visuele technieken – lasers en videoprojecties – om ons uit onze lethargie te halen. Net zoals Henri Rollins, de potige getatoeëerde man uit de hardcore, waagt ze zich ook aan merkwaardige uitstapjes in de wereld van het spoken word. "The Ugly One With The Jewels And Other Stories" mengt zo geluidseffecten, percussie, declamatorische litanieën en tussenkomsten van underground jazzmuzikanten. Voor "Bright Red" (1994), haar eerste album met songs na vijf jaar pauze, kiest ze echter voor een nieuwe klankalchemie onder leiding van Brian Eno, gebouwd op abrupte, toegankelijke refreinen. Met de steun van Marc Ribot en Lou Reed (die haar partner was), speelt ze opnieuw met contrasten tussen warmte en kilte. Zoals gewoonlijk...
In augustus 2024 bracht ze na tien jaar opnieuw een plaat uit: "Amelia", een conceptalbum over het leven van de Amerikaanse pilote Amelia Farhart, of liever: over de laatste 44 dagen van Amelia Farhart, voor haar vliegtuig verdween boven de Stille Oceaan in 1937.
(FVDV en Stéphane Soupart - Foto: © Etienne Tordoir)
Foto: Laurie Anderson in het Teater Carré van Amsterdam (Nederland) op 9 mei 1986
Snelkoppelingen