Op 8 december 2024 viel het Syrische regime van Bashar El-Assad. De nieuwe machthebbers willen de basis van Tartous niet aan Rusland overlaten. Ze moesten deze in recordtijd evacueren. Een race tegen de klok die eindigde met een schipbreuk.
Voor de kust van Spanje en Algerije verging op 24 december 2024 het schip Ursa Major. Dit vrachtschip maakte deel uit van de Russische vloot die was belast met het vervoer van materiaal van de Syrische basis in Tartous. Deze armada bestond uit particuliere vrachtschepen Baltic Leader, Siyanie Severa, Ascalon, Lady D en Bering en de gebruikelijke eskader van de Syrian Express: Ursa Major, Sparta en Sparta IV met de ondersteunende militaire logistieke schepen Ivan Gren, Aleksandr Shabalin en Otralovskiy. Het ging om een uitdagende missie, want enkele dagen voor de Ursa Major, had ook de Sparta al problemen. En waarschijnlijk zijn zelfs niet alle incidenten door Rusland naar buiten gebracht.
Basis verlaten
Het ging erom militair en burgerlijk materiaal van hun basis in de Middellandse Zee te evacueren, die op bevel van de nieuwe Syrische machthebbers na de val van Bashar El-Assad leeg moest zijn. Hierbij waren onder andere de nieuwste S400 luchtafweersystemen betrokken. Deze scheepskonvooien hebben alles verplaatst tussen Syrië en (officieel) de Russische havens in de Oostzee of Vladivostok, soms blijkbaar met een stop via Benghazi in Libië. De locatiebakens werden namelijk meerdere keren uitgeschakeld in de Middellandse Zee. De vierde en laatste rotatie vertrok eind maart. De reis moet drie weken duren. Er was ook een luchtbrug vanaf de luchtmachtbasis Hmeimim, die eveneens moest sluiten.
(FVDV en Olivier Duquesne – Bron: RFI – Afbeelding: © picture alliance/dpa/MAXPPP | Adrien Vautier / Le Pictorium)
Snelkoppelingen